Contact met de achterban

Voor het laatst bewerkt op: woensdag 4 oktober 2023

Veel medezeggenschapsraden vinden het lastig om goed contact te onderhouden met de achterban. Dat is wel belangrijk, aangezien MR-leden worden gekozen door hun achterban. Hoe kunnen MR’s hun relatie met de achterban verbeteren? Lees er hier meer over.


Waarom contact met de achterban?

Contact onderhouden met de achterban is belangrijk om verschillende redenen. Ten eerste is dit omdat de achterban een inhoudelijk belangrijke bijdrage kan leveren aan bepaalde onderwerpen. Denk hier bijvoorbeeld aan ouders die financieel deskundig zijn en een begroting kunnen meelezen, of een beleidsadviseur onderwijs die bij een organisatie werkzaam is. De achterban is dus een bron van informatie voor de MR. Ten tweede is dit belangrijk omdat de besluiten die de MR uiteindelijk neemt, zo op een breder draagvlak kunnen rekenen. Een MR die geïsoleerd optreedt, kan uiteindelijk maar weinig invloed uitoefenen.

Het is dan ook belangrijk dat de communicatie tussen de MR en de achterban van twee kanten komt: informatie brengen en informatie ophalen. De MR moet aan zijn achterban duidelijk maken wat zijn taken, bevoegdheden en plannen zijn, net als de agenda en notulen van de vergaderingen. Daarnaast moet de achterban ook mogelijkheid krijgen om de MR te informeren over wat zij belangrijk vinden. Dit laatste is vaak een lastig proces en een kwestie van uitproberen wat werkt.


Hoe contact onderhouden met de achterban?

Er zijn vele manieren om goed contact te onderhouden met de achterban. Bij de personeelsgeleding is dit nog relatief eenvoudig omdat de achterban dagelijks rondloopt op school. Momenten als sectieoverleggen, afdelingsvergaderingen en locatievergaderingen zijn dan ook bij uitstek momenten om contact te hebben met de personeelsachterban. Voor de oudergeleding is het lastiger om ouders te betrekken, vanwege het simpele feit dat ouders niet veel op dezelfde plek te vinden zijn. Momenten als ouderavonden zijn dan ook belangrijk. Ook moderne, digitale middelen zijn een mogelijkheid om contact met de achterban te onderhouden. Bijvoorbeeld door middel van een groep op Facebook met daarin alle ouders van een school, of middels een eigen pagina op de website van de school. De MR heeft het recht op een lijst met e-mailadressen van alle ouders of dient op andere wijze van het bevoegd gezag de mogelijkheid te krijgen om schriftelijk met alle ouders te kunnen communiceren (artikel 28 lid 1 WMS; LCG WMS 11 november 2010, zakker. 104527).

Het belangrijkste en ook de basis is het hebben van een pagina op de site van de school. De VOO heeft een voorbeeldpagina ontwikkeld voor op de schoolwebsite. Op die pagina kan de achterban alle basisinformatie vinden over het werk van de MR en weten ze hoe ze contact kunnen opnemen


Achterban en de WMS

Wettelijk gezien bestaat de term ‘achterban’ niet. Deze komt dus niet voor in de Wet medezeggenschap op scholen (WMS). De wetgever vindt contact tussen de MR en de achterban echter wel belangrijk, wat blijkt uit diverse opdrachten aan de MR die het contact met de achterban moten bevorderen. Zo staat in artikel 7 lid 1 van de WMS dat de MR naar vermogen openheid en onderling overleg in school bevordert. Hiermee wordt bedoeld dat de MR zijn vergaderingen duidelijk aankondigt en openbaarheid geeft over de agenda en notulen. Vergaderingen van de MR zijn in principe altijd openbaar voor de achterban van de MR (niet voor pers of bevoegd gezag). Soms is vertrouwelijkheid wel noodzakelijk.

Het is gebruikelijk dat het mogelijk is voor de achterban om niet alleen aanwezig te zijn bij een vergadering, maar ook om onderwerpen te kunnen agenderen. De secretaris van de MR besluit in overleg met de voorzitter hoe de agenda eruitziet en dus of door de achterban gewenste onderwerpen op de agenda komen. In ieder geval moet de MR, volgens artikel 7 lid 3 WMS, schriftelijk verslag doen van zijn werkzaamheden aan al de bij de school betrokken ouders en personeelsleden. In de praktijk betekent dit dat notulen gemaakt worden die openbaar zijn voor deze betrokkenen.

In het medezeggenschapsreglement moet staan opgenomen op welke wijze de MR de geledingen van de school betrekt bij zijn werkzaamheden. In de WMS staat dat bij besluiten over fusie, beëindiging van de school, de wijze waarop TSO wordt georganiseerd, verandering van de grondslag van de school en bij de vaststelling van de schooltijden in het primair onderwijs, besluitvorming pas kan plaatsvinden na raadpleging van alle ouders (en niet alleen ouders in een MR of ouderraad). De WMS zegt hier overigens niet bij dat de MR dit moet houden; meestal gebeurt dit in gezamenlijkheid tussen de directeur van de school en de MR.


Contact met achterban en VOO

De VOO biedt de cursus MR en Achterban aan voor MR’s die meer willen weten over hoe ze goed contact kunnen onderhouden met hun achterban. Wilt uw MR uitgebreidere ondersteuning op gebied van bijvoorbeeld een communicatieplan, het bijhouden van een website of instellen van sociale media of een nieuwsbrief? Neem dan contact op of vraag gelijk begeleiding aan voor dit onderwerp.


Janny Arends
Senior beleidsadviseur

Janny is senior beleidsadviseur bij de VOO en houdt zich in het bijzonder bezig met medezeggenschap.

Meer over Janny

MR en Achterban

Over mogelijkheden om als MR de achterban goed te betrekken.

Bekijk cursus

Inschrijven voor onze nieuwsbrieven

"*" geeft vereiste velden aan

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws en updates*
Schrijf u in voor onze nieuwsbrief en ontvang wekelijks de nieuwste artikelen, tips en exclusieve inhoud over medezeggenschap, of kies voor de maandelijkse nieuwsbrief voor een update over het openbaar onderwijs.
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Raadpleeg de VOO Helpdesk

Voor alle vragen over onderwijs en medezeggenschap kunnen leden van de VOO terecht bij de helpdesk.

Helpdesk

Met enige trots presenteren wij onze eerste VOO Medezeggenschapsdag die op woensdag 22 mei aanstaande plaatsvindt in Amersfoort. Het programma bestaat uit lezingen en workshops die interessant zijn voor leden van medezeggenschapsraden en draait om de vraag: hoe kan de medezeggenschap bijdragen aan nog beter onderwijs?