Op 19 september vindt de eerste VOO Openbaar onderwijsborrel plaats in ons kantoor in hartje Bussum. Tijdens deze bijeenkomst kunnen we onder het genot van een hapje en een drankje bijpraten over de meest recente ontwikkelingen in het onderwijs.
Na de basisschool gaan kinderen naar het voortgezet onderwijs. Het voortgezet onderwijs bestaat uit verschillende richtingen, waaruit aan het einde van de basisschool een keuze moet worden gemaakt voor elke leerling.
Aan de hand van het schooladvies wordt voor leerlingen in het primair onderwijs bepaald naar welk type voortgezet onderwijs zij zullen gaan. In het voorgezet onderwijs worden verschillende richtingen in het vmbo, het havo en het vwo onderscheiden. Er is een voorlopig advies dat gegeven wordt aan het einde van groep 7 of het begin van groep 8 en een definitief advies wat voor 1 maart voor alle leerlingen in groep 8 gereed moet zijn.
Het advies is voor veel ouders en leerlingen een spannend moment, omdat het vaak bepalend is voor de onderwijstoekomst van de leerling. Er zijn mogelijkheden om in het voortgezet onderwijs tussen verschillende niveaus over te stappen, mocht het advies uiteindelijk toch niet passend blijken voor de leerling.
De keuze voor de richting wordt bepaald door een drietal factoren: door behaalde resultaten, door leerkrachten en door de ouders van het kind. Onderaan deze pagina vindt u een handreiking van de Rijksoverheid over het schooladvies.
Allereerst hangt het schooladvies voor iedere leerling af van de behaalde resultaten. Hier wordt gekeken naar de resultaten van leerlingen vanaf groep 6, de entreetoets en de eindtoets (vaak de Cito-toets). Hierbij zijn vooral scores op het gebied van rekenen en begrijpend lezen zwaarwegend. Dit is omdat deze vaardigheden in het voortgezet onderwijs bij veel vakken noodzakelijk zijn.
De leerkracht bepaalt uiteindelijk het advies. Naast de resultaten die kinderen behalen bij hun toetsen, wegen ook niet-gemeten vaardigheden mee bij het bepalen van het definitieve schooladvies. De leerkracht kijkt dan bijvoorbeeld naar het concentratievermogen, de motivatie om te leren en de mate van zelfstandig werken van de leerlingen. Zowel de resultaten als de zojuist genoemde vaardigheden wegen mee bij het definitieve advies voor het kind.
Naast de behaalde resultaten en vaardigheden waarop de leerkracht zijn of haar definitieve advies baseert, kan het ook voorkomen dat ouders een opvatting hebben over het schooladvies van hun kind. Soms zijn er redenen waardoor het kind op school minder goed presteert dan mogelijk is. Dan kan het schooladvies worden bijgesteld. Het bijstellen van het schooladvies gebeurt vaak naar een hoger niveau dan het kind van de leerkracht als schooladvies meekrijgt.
Bram is beleidsadviseur bij de VOO en houdt zich in het bijzonder bezig met medezeggenschap.
Meer over Bram"*" geeft vereiste velden aan
Voor alle vragen over onderwijs en medezeggenschap kunnen leden van de VOO terecht bij de helpdesk.
HelpdeskOp 19 september vindt de eerste VOO Openbaar onderwijsborrel plaats in ons kantoor in hartje Bussum. Tijdens deze bijeenkomst kunnen we onder het genot van een hapje en een drankje bijpraten over de meest recente ontwikkelingen in het onderwijs.
Bij de Vereniging Openbaar Onderwijs heeft Janny Arends zich de afgelopen 26,5 jaar als senior beleidsadviseur elke dag gepassioneerd ingezet voor goede medezeggenschap op scholen in het primair en het voortgezet onderwijs. Zij deed en doet dit vanuit de overtuiging dat goed onderwijs alleen tot stand komt als allen die bij de school betrokken zijn, mee-richting geven aan het beleid van de school. Dat betekent dat ouders, personeelsleden en in het voortgezet onderwijs ook leerlingen een serieuze rol moeten kunnen spelen in de medezeggenschap.