“Eigenlijk zijn leerlingen de belangrijkste personen in de medezeggenschapsraad”. Sven Pieneman ontwikkelde samen met de VOO een MR-cursus voor leerlingen.
Het Wetsvoorstel Bestuurlijke harmonisatie beroepsonderwijs beoogt het onder andere mogelijk te maken dat mbo-instellingen kunnen fuseren met scholen voor voortgezet onderwijs. Dit zou goed zijn om de dalende instroom in het beroepsonderwijs op te vangen en de doorstroom tussen met name VMBO en MBO te verbeteren.
De wet is echter tot stand gekomen zonder betrokkenheid van belangrijke partijen zoals ouderorganisaties, vakbonden en leerlingenorganisaties. Het resultaat is een wet die meer problemen oplevert dan oplost. Onze belangrijkste bezwaren:
1. In een fusieschool geldt straks de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) in plaats van de Wet Medezeggenschap op Scholen (WMS). Daardoor komt een waslijst aan medezeggenschapsrechten die met name ouders en leerlingen nu hebben te vervallen.
2. De wet is veel breder gemaakt dan nodig is en daardoor ontstaan onnodig ook veel meer problemen.
3. De breedte van het aanbod en daarmee echte vrije schoolkeuze komt onder druk te staan, waarbij we ons vooral zorgen maken over de beschikbaarheid van voldoende openbaar onderwijs.
Vandaag deden de VOO, AOb, CNV, FvOV, FNV, LAKS en O&O in een brief een laatste dringende oproep aan de Kamercommissie Onderwijs om deze wet niet aan te nemen en terug te sturen naar de tekentafel, waarbij wij uiteraard graag beschikbaar zijn om mee te denken over een betere wet.
Marco is de voorzitter van de VOO en is verantwoordelijk voor het goed functioneren van de vereniging.
Meer over Marco“Eigenlijk zijn leerlingen de belangrijkste personen in de medezeggenschapsraad”. Sven Pieneman ontwikkelde samen met de VOO een MR-cursus voor leerlingen.
Helaas is armoede nog steeds een groot -en groeiend- probleem in Nederland. Het CPB verwacht dat in 2024 zo’n 7% van de kinderen in ons land opgroeit in armoede. Dat zijn gemiddeld zo’n 2 kinderen per klas en houdt u er rekening mee dat er nog meer zijn die net niet aan de definitie voldoen, maar bij wie het ook geen vetpot is.