Voor het laatst bewerkt op: maandag 6 november 2023
Het openbaar onderwijs heeft een actief-pluriforme opdracht. Dit betekent dat het onderwijs bijdraagt aan ‘de ontwikkeling van de leerling met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals die leven in de Nederlandse samenleving’. Daarom kunnen kinderen godsdienstig of humanistisch vormingsonderwijs krijgen.
Wat is godsdienst en humanistisch vormingsonderwijs (GVO/HVO)?
In het bijzonder onderwijs krijgen kinderen van oudsher les in de bij de school horende religie. Het openbaar onderwijs heeft een bredere opdracht, die ook wel actief pluriform wordt genoemd. Het openbaar onderwijs neemt niet één levensbeschouwing als vertrekpunt, maar gaat uit van en besteedt aandacht aan diversiteit. Openbare scholen leren kinderen van jongs af aan respect te hebben voor andere geloven, levensovertuigingen en culturen. Dat gebeurt in de dagelijkse praktijk, door te leren op een goede manier met elkaar om te gaan.
Desalniettemin heeft de wetgever het van belang gevonden om ervoor te zorgen dat kinderen die naar een openbare school gaan onderwijs kunnen genieten in de richting van een specifieke godsdienstige of levensbeschouwelijke richting. Dit noemen we ook wel godsdienstig en humanistisch vormingsonderwijs. In artikel 50 WPO staat opgenomen dat kinderen in het openbaar onderwijs het recht hebben op dit type onderwijs.
Vormingsonderwijs in de praktijk
Al sinds 1857 hebben ouders van leerlingen op de openbare basisschool wettelijk het recht om de school te vragen om godsdienstonderwijs of humanistisch vormingsonderwijs voor hun kinderen. Met ingang van het schooljaar 2019-2020 moeten openbare scholen in hun schoolgids ook melden dat ouders voor hun kinderen kunnen kiezen voor levensbeschouwelijk of godsdienstig vormingsonderwijs.
Bij voldoende belangstelling kunnen leerlingen één uur per week onderwijs krijgen in een godsdienstige of levensbeschouwelijke stroming. Daarbinnen kan gekozen worden voor humanistisch, protestants-christelijk, katholiek, islamitisch, hindoeïstisch of boeddhistisch vormingsonderwijs. De lessen zijn alleen bedoeld voor de leerlingen die zich hiervoor opgeven. In de lessen leren kinderen een eigen kijk op het leven te ontwikkelen. Of ervaren kinderen wat geloof in het leven kan betekenen. De lessen worden onder schooltijd gegeven door een bevoegd vakdocent, maar vallen niet onder de verantwoordelijkheid van de school. Voor scholen en ouders zijn er geen kosten verbonden aan de lessen, die verzorgd worden door docenten die verbonden zijn aan het Centrum voor Vormingsonderwijs.
Omgaan met GVO/HVO als openbare school
Het openbaar onderwijs heeft zoals hierboven uitgelegd een brede (actief pluriforme) taak op gebied van godsdienst en levensbeschouwing. Deze opdracht is in artikel 46 WPO opgenomen: ‘Het openbaar onderwijs draagt bij aan de ontwikkeling van de leerlingen met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden’. Dat betekent dat het openbaar onderwijs de opdracht heeft om alle leerlingen met de belangrijkste religieuze en levensbeschouwelijke stromingen in aanraking te laten komen. Dat draagt bij aan de persoonlijkheids- en identiteitsontwikkeling van de leerlingen en helpt hen hier hun eigen weg in te vinden. Naast wat openbare scholen op dit vlak al allemaal doen, heeft het openbaar onderwijs een unieke mogelijkheid om aan deze opdracht concreet handen en voeten te geven, met behulp van het Centrum voor Vormingsonderwijs.
Tegenwoordig is het mogelijk om gebruik te maken van hun ‘Carrouselmodel’. Daarbij worden in een samenhangend programma alle relevante religies en levensbeschouwingen geïntroduceerd door vakdocenten uit die betreffende stroming. Dit programma is voor de hele klas, inclusief de klasleerkracht, zodat wat er behandeld is ook op latere momenten nog met elkaar kan worden besproken als dat zo te pas komt. De kosten worden vergoed door het Rijk.
Vormingsonderwijs en VOO
Naar de mening van de Vereniging Openbaar Onderwijs biedt het ‘Carrouselmodel’ een unieke kans om concreet invulling te geven aan de kernwaarden én de actief pluriforme opdracht van de openbare (basis)school. Indien u meer wilt weten over dit model, kunt u contact opnemen met het Centrum voor Vormingsonderwijs.
Deel deze pagina op social media
Delen