Pensioen

In Nederland bestaat er naast de AOW een collectief pensioen, waar werknemers en werkgevers samen aan meebetalen. Op die manier kunnen gepensioneerden vaak goed rondkomen.

Hoe werkt het pensioen?

Elke maand betalen werknemers en werkgevers pensioenpremie. Deze pensioenpremie gaat naar pensioenfondsen, die het beleggen om te zorgen dat het vergaarde geld meer waard wordt. Als u met pensioen gaat, krijgt u de pensioenpremie terug in de vorm van een maandelijkse uitkering van het pensioenfonds. In het primair en voortgezet onderwijs wordt het pensioen geregeld via de stichting Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP).

In de pensioenregeling worden afspraken hierover gemaakt. Het is belangrijk dat zowel schoolbesturen als personeelsleden goed weten hoe de pensioenregeling in elkaar zit. Schoolbesturen kunnen de pensioenregeling inzetten als HR-instrument voor hun medewerkers. De regeling biedt bijvoorbeeld mogelijkheden om eerder of later met pensioen te gaan en daarvan moet personeel uiteraard wel op de hoogte zijn.

Hoe komt de pensioenregeling tot stand?

Wijzigingen in de pensioenregeling komen tot stand door onderhandeling tussen sociale partners in de zogenaamde pensioenkamer van de Raad voor het Overheidspersoneel. De sociale partners bestaat uit vertegenwoordigers van de werkgevers en werknemers uit de 14 overheids- en onderwijssectoren (rijk, defensie, politie, rechterlijke macht, gemeenten, provincies, waterschappen, primair onderwijs, voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs, hoger beroepsonderwijs, wetenschappelijk onderwijs, academische ziekenhuizen en onderzoekinstellingen).

Op basis van de inhoud van de pensioenregeling stelt het ABP de premie voor de pensioenregeling vast. Deze premie bestaat uit een premie voor het ouderdoms- en partnerpensioen, arbeidsongeschiktheidspensioen en VPL (VUT-, prepensioen- en levensloopregelingen). Het ABP stelt elk jaar eind november de pensioenpremie voor het volgende jaar vast. Niet alleen de inhoud van de pensioenregeling speelt een rol bij het vaststellen van de premie. Ook de samenstelling van de deelnemers aan de regeling, levensverwachting en rente. Met name de stijgende levensverwachting en dalende rente hebben er de laatste jaren voor gezorgd dat de premie steeg. Tot slot kan de financiële situatie van het ABP invloed hebben op de hoogte van de premie.

VOO en pensioen

Heeft u een vraag over uw pensioen of over hoe de pensioenregeling tot stand komt? Het beste kunt u dan contact opnemen met het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP) (of indien u bij een ander pensioenfonds zit, daarmee) of met de vakbond. Zij kunnen u verder helpen met specifieke vragen over pensioenen.

Uiteraard kunt u ook starten door met uw vraag met ons contact op te nemen. Leden kunnen al hun vragen over onderwijs en medezeggenschap stellen aan de VOO Helpdesk. Indien mogelijk beantwoorden we deze graag en anders verwijzen we u graag door naar een organisatie die u verder kan helpen.